Nadat in het vorige bericht de eerste van drie rouwtaken toegelicht is, zal hier worden stilgestaan bij de tweede taak: de pijn van het verlies ervaren. Dit is wat Manu Keirse daarover zegt:

Met ‘ervaren’ wordt bedoeld het voelen van emotionele pijn en het daarbij horende lijden. Hoe zich dat openbaart, kan op heel veel verschillende manieren en verschilt per persoon. Voorbeelden zijn: wanhoop, neerslachtigheid, angst, schuldgevoelens, boosheid, agressie, eenzaamheid, vermoeidheid, op onverwachte momenten moeten huilen, geheugenproblemen, geen concentratie, geen eetlust, slaapstoornissen, enzovoort.

Je kunt natuurlijk proberen je af te sluiten voor deze emoties. Bijvoorbeeld door druk bezig te gaan met allerlei zaken die afleiden van je verdriet. Uiteindelijk levert dat je niets op. Integendeel! Als je de pijn die het verlies oplevert achter je wilt laten, zul je die pijn moeten doorgaan. Om het een plek te kunnen geven in je leven.

Verdriet en droefheid komt en gaat vaak in golven. Kenmerkend zijn de tijdelijke (en vaak hevige) gevoelens of lichamelijke klachten (zoals genoemd in de tweede paragraaf) die je ineens overvallen.
Direct na een verlies volgen die ‘golven’ elkaar snel op en zijn ze heftig. Na verloop van tijd worden zowel de frequentie als de intensiteit minder. (Wat overigens niet betekent dat er niet af en toe nog zo’n heftige ‘golf’ kan optreden! Bij een bepaalde herinnering of op speciale dagen bijvoorbeeld).

Als iemand een tijd verdrietig blijft, wordt dat soms gezien als ‘depressief’. Dit is echter niet juist. Een depressie is een psychiatrische ziekte. Rouw (en het bijbehorende verdriet) is normaal gedrag. Omdat je van iemand houdt, heb je verdriet als diegene er niet meer is. Daar helpt (dus) geen anti-depressiva tegen. Alleen het ondergaan van de rouw en de daaraan verbonden gevoelens maken dat je uiteindelijk verder kunt. Verder kunt leven mét het verlies en de bijbehorende pijn die je soms nog kunt (en mag) ervaren.

Bron: Manu Keirse – Helpen bij verlies en verdriet